Bereidingswijze
Zet in 7 stappen deze heerlijke Limburgse appelvlaai (met speltbloem) op tafel.
- Los de verse gist op in wat lauw water. Als je gedroogde gist gebruikt, vermeng het dan met de bloem en nooit met water.
- Meng alle ingrediënten in een kom en kneed het met een mixer met deeghaken 5 min. op stand 1 en vervolgens 2 min. op stand 2.
- Laat het deeg 20 min. rijzen in een kom, afgedekt met een natte theedoek (heet water) in een lauwe oven (50°C).
- Vet de vlaaivorm in, sla het deeg lichtjes plat, maak het lang en laat het even rusten (zo krijgt het de kans om te krimpen). Rol het deeg in fases uit tot een dikte van 2 mm.
- Leg het deeg over de bakvorm en laat het weer een minuut rusten. Druk met de duim het deeg voorzichtig in de vorm en snijd het over de rand hangende deeg weg.
- Schil de appels voor de vulling, snijd ze in stukjes en meng met de suiker, kaneel, rozijnen en citroen (de vulling moet lekker vochtig zijn).
- Gebruik het overige deeg om linten over de vlaai te maken. Bestrijk ze met losgeklopt ei, bestrooi met suiker en bak de vlaai in ca. 20 minuten af in een op 220 °C voorverwarmde oven.