Bereidingswijze
Zet in 8 stappen deze heerlijke Zweedse kerstkoekjes (pepparkakor) op tafel.
- Sinaasappel fijn raspen.
- Meng 5 dl bloem goed met de bakpoeder (bijvoorbeeld met een garde). Houd de resterende 2.5 dl bloem apart.
- Smelt de boter op zacht vuur in een pan en voeg suiker en stroop toe. Rustig opwarmen tot de suiker en boter gesmolten zijn. Roer door en voeg de kruiden en sinaasappelrasp toe. Laat even intrekken terwijl het mengsel afkoelt.
- Doe het bloemmengsel met bakpoeder (5 dl) in een grote kom en giet daarover het afgekoelde, enigszins gestolde boter-stroop-mengsel. Voeg nu eventueel ook zoutkorrels toe voor extra smaak.
- Roer alles door met een spatel tot alles gemengd is. Kneed het deeg met schone handen tot een stevige deegbal (hiervoor heb je waarschijnlijk meer bloem nodig). Het deeg mag niet te plakkerig zijn.
- Vorm nu ofwel 2 'worsten', zodat je de koekjes met een scherp mes in dunne plakjes kunt snijden en bakken of maak een bol die je later kunt uitrollen om er figuurtjes uit te steken.
- Wikkel het deeg in plasticfolie en laat minimaal 12 uur in de koelkast rusten tot gebruik.
- Vorm de koekjes en plaats ze op een bakplaat. Bak ze in ongeveer 7 minuten op 200 graden.